Een fruitboomgaard dient beschermt te worden voor allerlei onheil:
insecten, vogels, nachtvorst, hagel, storm, droogte
Schadelijke insecten bedreigen de fruitteelt
Fruitmot (Laspeyresia pomonella) Wormstekigheid
Wormstekigheid, want zo wordt deze plaag genoemd, wordt veroorzaakt door de rups van het fruitmotje. Deze rupsen maken gedurende de vruchtontwikkeling gangen in het fruit, aan de buitenkant te herkennen aan een rode plek rondom het inboorgat. Vooral in warme zomers kan de schade erg groot zijn. Appels zijn gevoeliger voor deze aantasting dan peren.
Na verloop van tijd vallen de aangetaste vruchten noodrijp af. Rijpe wormstekige vruchten zijn niet geschikt om te bewaren, maar wel prima voor bijvoorbeeld appelmoes. Snij tijdens bewerking wel de aangetaste delen weg.
De fruitmot (Cydia pomonella) legt in de zomermaanden haar eitjes op de jonge vruchten, waar enige tijd later de rupsjes uitkomen, die zich door de vrucht een weg naar het klokhuis boren. Daar aangekomen doen ze zich tegoed aan de onrijpe pitten.
De larven overwinteren in schorsspleten. Daardoor kunnen ook zij gevangen worden met de eerder aangehaalde golfkartonnen vangbanden methode. Ook oorwormen kunnen bijdragen tot de bestrijding. Er kunnen twee generaties zijn van mei tot augustus.
Maakt het de natuurlijke vijanden naar de zin: mezen kunnen `s winters het grootste deel van de overwinterende rupsen tussen de schorsschilfers wegpikken; vleermuizen eten vliegende motten en er zijn sluipwespen die op eieren en rupsen parasiteren. Verwijder losse schorsschilfers van ruwe stammen en breng vangbanden aan. Zorg tijdig dat de afgevallen vruchten met de rupsjes erin verwijderd of opgegeten zijn (veevoeder), voordat de rupsjes weer langs de stam omhoog kruipen
Het pruimenmotje is de veroorzaker van de wormstekigheid bij pruimen.
Vanaf half april kan door middel van feromoonvallen (deltaval) het vluchtverloop gevolgd worden. Daardoor kan het optimale bestrijdingstijdstip berekend worden. Er bestaan verschillende typen feromoondoppen voor in de val. Vaak maakt men gebruik van de fruitmotdoppen van dePherobank die 4mg codlemone bevatten of van Combodoppen. De bestrijdingsdrempel voor aanvullende behandelingen bij dit type val is tien motten per val. De vallen worden in het midden van de boomgaard opgehangen op een afstand van 20 meter van elkaar.
De pruimenmot kun je ook bestrijden met deze deltaval. De deltaval bestaat uit een bodem van niet-drogende lijm, met daarboven een dak van duurzaam, waterbestendig materiaal. In het midden van de nok is er een haakje waarmee de val kan worden opgehangen. Centraal onder het dak en boven de lijmbodem wordt de capsule, die de feromonen vrijgeeft, opgehangen. De mannetjes, aangetrokken door het vrouwelijke seksferomoon, vangen bot en komen op de lijmplaat terecht. De val wordt vanaf half april tot eind april uitgehangen. Eén val voldoet voor 5 fruitbomen te beschermen. De feromooncapsule is 16 weken actief. Hoe meer je van de populatie kan wegvangen, hoe beter de start voor het daaropvolgend jaar. Je moet ermee rekening houden dat je verschillende jaren na elkaar de feromoonval moet uithangen om je populatie pruimenmotten weg te vangen. Met de jaren krijg je daardoor steeds minder gestoken pruimen. Zoals hiervoor vermeld kan de val gebruikt worden ter signalisatie om dan over te gaan tot een biologische bestrijdingsmiddel maar kan ook gebruikt worden als bestrijdingsmiddel.
Een methode van bestrijden is het toepassen van Feromoonverwarring. Feromonen zijn lokstoffen die vrouwelijke vlinders verspreiden om mannelijke vlinders aan te trekken. Door de feromoonwolk in de boomgaard kunnen de mannetjes ’s nachts de vrouwtjes niet meer vinden waardoor de vrouwtjes niet bevrucht worden en sterven zonder eitjes afgezet te hebben. Daardoor worden veel minder vruchten aangetast door de fruitmot.
Feromoonverwarring wordt vanaf eind april, 1 week voor de start van de vlucht van de fruitmot, in de boomgaard uitgehangen en blijft daar hangen tot aan de pluk. Hang aan iedere 2de boom een verdamper. Hang de verdampers boven in de boom, in de bovenste halve meter van de kop om een zo breed mogelijk feromoonwolk te krijgen. De Fruitmot paart namelijk hoog in de boom, daar moet dus voldoende feromoon zijn. Daarbij zakt de Feromoon langzaam naar beneden, nooit omhoog. Randen zijn gevoelig voor verwaaiing van het feromoon door de wind. Om dit te compenseren, moeten in de randrij en in de eindbomen twee maal zoveel verdampers worden uitgehangen als in het perceel.
Bevloeiing, irrigatie tegen droogte
Enten, besproeiing en bestuiving
Voor de instandhouding van de kenmerken van de bomen worden veredelde variëteiten geënt op een onderstam. Tegenwoordig kweekt men fruit meestal op laagstammige boompjes omdat dit het plukken van de oogst vergemakkelijkt. De bomen in boomgaarden worden vaak bespoten met 'gewasbeschermingsmiddelen' om aantasting door insecten zoals wormen te voorkomen. Voor het bestuiven van boomgaarden worden vaak bijen gebruikt, die door imkers in bijenkasten bij de te bestuiven percelen worden neergezet.
Planten kunnen vegetatief vermeerderd worden door entloten of enten. Hierbij wordt een deel van een plant (de ent) vastgemaakt op een deel van een andere plant (de onderstam). Vaak ter verbetering (veredeling) van de plant, bijvoorbeeld rozenknoppen op een wilde onderstam. Dit kan op veel verschillende manieren:
Na het enten wordt de ent vastgebonden met entband of raffia en de wond bij gebruik van raffia afgedekt met entwas of dipwas. Ook is het mogelijk om de ent te omwikkelen met vershoudfolie.
Enten is een veel gebruikte methode in de fruitteelt. Vruchtbomen worden bijna altijd geënt op een onderstam van een gastheer.
Bestrijdingsmiddelen worden soms benoemd op basis van welk soort organisme ze bestrijden:
Tegenwoordig worden meer en meer biologische bestrijders en bestuivers gebruikt in de land- en tuinbouw waaronder het lieveheersbeestje die de bladluizen bestrijden een goed voorbeeld is.
Bestuiving door bijen is essentieel voor een goede productie in diverse landbouwgewassen en in de fruitteelt. Bijen kunnen echter gevoelig zijn voor de gewasbeschermingsmiddelen die noodzakelijk zijn om de teelten te beschermen in de voorbloei en bloei periode. Middelen die bijen afdoden worden niet gebruikt rond de bloei maar eventuele residu’s van voorbloei-toepassingen of het gebruik van niet dodelijke middelen tijdens de bloei kan subletale nevenwerkingen zoals gedragsstoornissen teweegbrengen. Deze nevenwerkingen zijn nadelig voor zowel de teler als de imker. De teler krijgt een suboptimale bestuiving van zijn gewas of boomgaard, en moet dit corrigeren met hormonale middelen om zijn productie te garanderen. De imker ziet een achteruitgang in de bijenkolonies, wat een verlies aan honingproductie of mogelijk een verlies van de kolonie kan betekenen. Wanneer we streven naar een duurzame landbouw is het essentieel om deze problemen te onderkennen en in samenwerking met telers en imkers te voorkomen.
Faunaschade vermijden in de boomgaard
Fruittelers bestrijden nachtvorst op diverse manieren
Tholen - In de nacht van 16 april was in veel delen van Nederland en België sprake van nachtvorst. Het was dus hard werken voor fruittelers om dit te bestrijden, maar dit is over het algemeen goed verlopen. Voor zover bekend heeft de kou van afgelopen nacht geen schade veroorzaakt aan fruitbomen en de vruchten daaraan. Fruitteler Peter Verhage van Verhage Fruit in Luttelgeest (Flevoland) was goed voorbereid en bijna de hele nacht op. Hij heeft een totaal areaal van 24 hectare fruitbomen. Bij de kersen had hij vuurpotten neergezet en de appelen en peren werden beregend. "Het is net even onder nul geweest en bloesems kunnen nu helemaal niks hebben", vertelt de teler.
Hardfruit besproeien
"Het is dus belangrijk om al met een halve graad boven nul te beginnen met bestrijden. Zodra het onder nul gaat, ben je eigenlijk al te laat. Je kunt namelijk wat uitstraling naar boven hebben en je meet natuurlijk nooit in de koudste plek van de boomgaard. Zekerheid is dus belangrijk." Hij geeft aan dat kersen niet tegen beregening kunnen. "Bij appelen en peren is dat wel het geval, en de sproeiers hebben vanaf half twee vannacht aangestaan. De beregening moet ervoor zorgen dat er een ijslaagje om de bloesem wordt gevormd. Daar moet je mee door blijven gaan, want als je ermee stopt gaat het warmte uit de bloem onttrekken. Het is vannacht gelukkig allemaal goed gegaan."
Voldoende mogelijkheden
Hij geeft aan dat de kans groot is dat er nog meer van deze nachten volgen. "Het is vroeg in het seizoen, dus mogelijk zal het nog een keer voorkomen. Een paar weken geleden zaten we net tegen de vorst aan. Er waren toen telers die beregenden. Ik heb het zelf niet gedaan. Vrijwel alle Nederlandse telers passen beregening toe. Wij hebben hier gelukkig ook de mogelijkheden met goed water. Dat is in sommige Europese landen wel anders."
Nederland
In het Noord-Brabantse Volkel was het het koudst met een temperatuur van -7,2 graden aan de grond. Vrijwel overal in het land vroor het aan de grond, behalve in Vlissingen en Lauwersoog, meldde weeronline.nl woensdag. Ook wat hoger, op 1,5 meter, vroor het licht. Op die hoogte was het het koudste in Deelen (Gelderland) met -2,9 graden. Volgens de weersite moesten heel wat mensen hun autoruiten krabben woensdagochtend
Helikopter in België
Een fruitbedrijf uit het Belgische Lubbeek zette dit jaar voor het eerst een helikopter in om hun bloesems (appelen en peren) te redden van de vorst deze ochtend. Door over het veld te vliegen, mengde de helikopter de warme (bovenste) luchtlagen met de koude (onderste), en zo konden ze het toch een graad warmer maken. Pas morgen weten ze of het iets uitgehaald heeft (dan kunnen ze pas zien of de planten al dan niet kapot gegaan zijn), maar ze hebben er wel goede hoop op.
Fruittelers investeren om oogst te beschermen tegen hagelschade
Een hagelkanon is een apparaat waarmee geprobeerd wordt hagelvorming in buien tegen te gaan. Verschillende werkingsmechanismen doen de ronde. Door met tussenpozen van enkele seconden schokgolven de wolken in te sturen zou ofwel de groei van de hagelstenen worden verstoord, ofwel de opbouw van de hagelwolk. Ze worden vooral ingezet door fruittelers en wijnbouwers, in onder meer België, Frankrijk, Nederland, Oostenrijk, Zwitserland en Spanje.
Het hagelkanon werd al rond 1896 ontwikkeld door de Oostenrijker Stiger. De effectiviteit van het hagelkanon is echter niet bewezen en er zijn redenen om aan te nemen dat het kanon ook níet kan werken. Zo worden bij bliksem, die vaak hagel vergezelt, veel sterkere schokgolven uitgezonden, terwijl dat geen effect lijkt te hebben op de grootte van hagel. Bovendien ontwikkelen de hagelcellen zich al kilometers eerder, ver buiten het bereik van het hagelkanon. Zodra zij boven het hagelkanon hun lading laten vallen, zijn geluidsgolven niet meer in staat dit valproces te verstoren. Wetenschappelijke studies die de werkzaamheid van het hagelkanon aantonen, ontbreken dan ook.
Hagelkanonnen produceren hetzelfde geluid als een (doffe) donderslag, maar met een gelijke regelmaat, wat door sommigen als vervelend en frustrerend wordt ervaren. In 2012 werden diverse kanonnen in Nederland door de Raad van State verboden, omdat ze niet aan de wettelijke normen geluidsoverlast konden voldoen. Ze produceren immers een geluid/schokgolf van 142 dB.
Vanwege steeds strengere regelgeving betreffende het plaatsen van hagelkanonnen en de twijfelachtige efficiëntie maken meer en meer fruittelers gebruik van hagelnetten. Tegenover wolkenbezaaiing en het hagelkanon, is het gebruik van hagelnetten geen aanvallende, maar een defensieve manier om hagelschade te voorkomen. Het vallen van hagel wordt aanvaard als een natuurlijk verschijnsel, maar het aanrichten van schade wordt wel voorkomen.
Hagelnetten zijn zoals hun naam dat al zegt, grote doorzichtige netten die door middel van stutpalen boven de fruitbomen worden gehangen en de vallende hagelstenen opvangen. Hagelnetten zijn dus ontworpen door en voor fruittelers die hun plantages willen beschermen.
Hagelnetten zijn overal bekend geworden als een effectief, maar helaas duur en drukbesproken middel om hagelschade te voorkomen. Vooral de invloed die de netten hebben op de groei van het fruit is voor vele fruittelers een struikelblok.
Boomgaardwerk per maand (Hoogstamboomgaard)
November
insecten, vogels, nachtvorst, hagel, storm, droogte
Schadelijke insecten bedreigen de fruitteelt
Fruitmot (Laspeyresia pomonella) Wormstekigheid
Wormstekigheid, want zo wordt deze plaag genoemd, wordt veroorzaakt door de rups van het fruitmotje. Deze rupsen maken gedurende de vruchtontwikkeling gangen in het fruit, aan de buitenkant te herkennen aan een rode plek rondom het inboorgat. Vooral in warme zomers kan de schade erg groot zijn. Appels zijn gevoeliger voor deze aantasting dan peren.
Na verloop van tijd vallen de aangetaste vruchten noodrijp af. Rijpe wormstekige vruchten zijn niet geschikt om te bewaren, maar wel prima voor bijvoorbeeld appelmoes. Snij tijdens bewerking wel de aangetaste delen weg.
De fruitmot (Cydia pomonella) legt in de zomermaanden haar eitjes op de jonge vruchten, waar enige tijd later de rupsjes uitkomen, die zich door de vrucht een weg naar het klokhuis boren. Daar aangekomen doen ze zich tegoed aan de onrijpe pitten.
De larven overwinteren in schorsspleten. Daardoor kunnen ook zij gevangen worden met de eerder aangehaalde golfkartonnen vangbanden methode. Ook oorwormen kunnen bijdragen tot de bestrijding. Er kunnen twee generaties zijn van mei tot augustus.
Maakt het de natuurlijke vijanden naar de zin: mezen kunnen `s winters het grootste deel van de overwinterende rupsen tussen de schorsschilfers wegpikken; vleermuizen eten vliegende motten en er zijn sluipwespen die op eieren en rupsen parasiteren. Verwijder losse schorsschilfers van ruwe stammen en breng vangbanden aan. Zorg tijdig dat de afgevallen vruchten met de rupsjes erin verwijderd of opgegeten zijn (veevoeder), voordat de rupsjes weer langs de stam omhoog kruipen
Het pruimenmotje is de veroorzaker van de wormstekigheid bij pruimen.
Vanaf half april kan door middel van feromoonvallen (deltaval) het vluchtverloop gevolgd worden. Daardoor kan het optimale bestrijdingstijdstip berekend worden. Er bestaan verschillende typen feromoondoppen voor in de val. Vaak maakt men gebruik van de fruitmotdoppen van dePherobank die 4mg codlemone bevatten of van Combodoppen. De bestrijdingsdrempel voor aanvullende behandelingen bij dit type val is tien motten per val. De vallen worden in het midden van de boomgaard opgehangen op een afstand van 20 meter van elkaar.
De pruimenmot kun je ook bestrijden met deze deltaval. De deltaval bestaat uit een bodem van niet-drogende lijm, met daarboven een dak van duurzaam, waterbestendig materiaal. In het midden van de nok is er een haakje waarmee de val kan worden opgehangen. Centraal onder het dak en boven de lijmbodem wordt de capsule, die de feromonen vrijgeeft, opgehangen. De mannetjes, aangetrokken door het vrouwelijke seksferomoon, vangen bot en komen op de lijmplaat terecht. De val wordt vanaf half april tot eind april uitgehangen. Eén val voldoet voor 5 fruitbomen te beschermen. De feromooncapsule is 16 weken actief. Hoe meer je van de populatie kan wegvangen, hoe beter de start voor het daaropvolgend jaar. Je moet ermee rekening houden dat je verschillende jaren na elkaar de feromoonval moet uithangen om je populatie pruimenmotten weg te vangen. Met de jaren krijg je daardoor steeds minder gestoken pruimen. Zoals hiervoor vermeld kan de val gebruikt worden ter signalisatie om dan over te gaan tot een biologische bestrijdingsmiddel maar kan ook gebruikt worden als bestrijdingsmiddel.
Een methode van bestrijden is het toepassen van Feromoonverwarring. Feromonen zijn lokstoffen die vrouwelijke vlinders verspreiden om mannelijke vlinders aan te trekken. Door de feromoonwolk in de boomgaard kunnen de mannetjes ’s nachts de vrouwtjes niet meer vinden waardoor de vrouwtjes niet bevrucht worden en sterven zonder eitjes afgezet te hebben. Daardoor worden veel minder vruchten aangetast door de fruitmot.
Feromoonverwarring wordt vanaf eind april, 1 week voor de start van de vlucht van de fruitmot, in de boomgaard uitgehangen en blijft daar hangen tot aan de pluk. Hang aan iedere 2de boom een verdamper. Hang de verdampers boven in de boom, in de bovenste halve meter van de kop om een zo breed mogelijk feromoonwolk te krijgen. De Fruitmot paart namelijk hoog in de boom, daar moet dus voldoende feromoon zijn. Daarbij zakt de Feromoon langzaam naar beneden, nooit omhoog. Randen zijn gevoelig voor verwaaiing van het feromoon door de wind. Om dit te compenseren, moeten in de randrij en in de eindbomen twee maal zoveel verdampers worden uitgehangen als in het perceel.
Bevloeiing, irrigatie tegen droogte
Enten, besproeiing en bestuiving
Voor de instandhouding van de kenmerken van de bomen worden veredelde variëteiten geënt op een onderstam. Tegenwoordig kweekt men fruit meestal op laagstammige boompjes omdat dit het plukken van de oogst vergemakkelijkt. De bomen in boomgaarden worden vaak bespoten met 'gewasbeschermingsmiddelen' om aantasting door insecten zoals wormen te voorkomen. Voor het bestuiven van boomgaarden worden vaak bijen gebruikt, die door imkers in bijenkasten bij de te bestuiven percelen worden neergezet.
Planten kunnen vegetatief vermeerderd worden door entloten of enten. Hierbij wordt een deel van een plant (de ent) vastgemaakt op een deel van een andere plant (de onderstam). Vaak ter verbetering (veredeling) van de plant, bijvoorbeeld rozenknoppen op een wilde onderstam. Dit kan op veel verschillende manieren:
- Ent ongeveer even dik als onderstam: plakken, copuleren, terzijde zetten.
- Onderstam is veel dikker dan de ent: spleetenten, driehoekenten, kroonenten.
- Enting met niet afgesneden scheut of twijg: zoogenten.
- Enting met een oog: oogenten of oculeren.
Na het enten wordt de ent vastgebonden met entband of raffia en de wond bij gebruik van raffia afgedekt met entwas of dipwas. Ook is het mogelijk om de ent te omwikkelen met vershoudfolie.
Enten is een veel gebruikte methode in de fruitteelt. Vruchtbomen worden bijna altijd geënt op een onderstam van een gastheer.
Bestrijdingsmiddelen worden soms benoemd op basis van welk soort organisme ze bestrijden:
- Insecticiden: tegen insecten (voornamelijk luizen, rupsen, muggen, kevers, mieren, vliegen en kakkerlakken)
- Larviciden: tegen larven
- Fungiciden: tegen schimmels
- Herbiciden: tegen onkruiden
- Nematiciden: tegen aaltjes
- Algiciden: tegen algen
- Acariciden: tegen mijten
- Rodenticiden: tegen knaagdieren
- Aviciden: tegen vogels
- Molluciden: tegen weekdieren
- Bactericiden: tegen bacteriën
- Viruciden: tegen virussen
- Pisciciden: tegen vissen
- Groeiregulatoren: middelen die levensprocessen van planten beïnvloeden
Tegenwoordig worden meer en meer biologische bestrijders en bestuivers gebruikt in de land- en tuinbouw waaronder het lieveheersbeestje die de bladluizen bestrijden een goed voorbeeld is.
Bestuiving door bijen is essentieel voor een goede productie in diverse landbouwgewassen en in de fruitteelt. Bijen kunnen echter gevoelig zijn voor de gewasbeschermingsmiddelen die noodzakelijk zijn om de teelten te beschermen in de voorbloei en bloei periode. Middelen die bijen afdoden worden niet gebruikt rond de bloei maar eventuele residu’s van voorbloei-toepassingen of het gebruik van niet dodelijke middelen tijdens de bloei kan subletale nevenwerkingen zoals gedragsstoornissen teweegbrengen. Deze nevenwerkingen zijn nadelig voor zowel de teler als de imker. De teler krijgt een suboptimale bestuiving van zijn gewas of boomgaard, en moet dit corrigeren met hormonale middelen om zijn productie te garanderen. De imker ziet een achteruitgang in de bijenkolonies, wat een verlies aan honingproductie of mogelijk een verlies van de kolonie kan betekenen. Wanneer we streven naar een duurzame landbouw is het essentieel om deze problemen te onderkennen en in samenwerking met telers en imkers te voorkomen.
Faunaschade vermijden in de boomgaard
Fruittelers bestrijden nachtvorst op diverse manieren
Tholen - In de nacht van 16 april was in veel delen van Nederland en België sprake van nachtvorst. Het was dus hard werken voor fruittelers om dit te bestrijden, maar dit is over het algemeen goed verlopen. Voor zover bekend heeft de kou van afgelopen nacht geen schade veroorzaakt aan fruitbomen en de vruchten daaraan. Fruitteler Peter Verhage van Verhage Fruit in Luttelgeest (Flevoland) was goed voorbereid en bijna de hele nacht op. Hij heeft een totaal areaal van 24 hectare fruitbomen. Bij de kersen had hij vuurpotten neergezet en de appelen en peren werden beregend. "Het is net even onder nul geweest en bloesems kunnen nu helemaal niks hebben", vertelt de teler.
Hardfruit besproeien
"Het is dus belangrijk om al met een halve graad boven nul te beginnen met bestrijden. Zodra het onder nul gaat, ben je eigenlijk al te laat. Je kunt namelijk wat uitstraling naar boven hebben en je meet natuurlijk nooit in de koudste plek van de boomgaard. Zekerheid is dus belangrijk." Hij geeft aan dat kersen niet tegen beregening kunnen. "Bij appelen en peren is dat wel het geval, en de sproeiers hebben vanaf half twee vannacht aangestaan. De beregening moet ervoor zorgen dat er een ijslaagje om de bloesem wordt gevormd. Daar moet je mee door blijven gaan, want als je ermee stopt gaat het warmte uit de bloem onttrekken. Het is vannacht gelukkig allemaal goed gegaan."
Voldoende mogelijkheden
Hij geeft aan dat de kans groot is dat er nog meer van deze nachten volgen. "Het is vroeg in het seizoen, dus mogelijk zal het nog een keer voorkomen. Een paar weken geleden zaten we net tegen de vorst aan. Er waren toen telers die beregenden. Ik heb het zelf niet gedaan. Vrijwel alle Nederlandse telers passen beregening toe. Wij hebben hier gelukkig ook de mogelijkheden met goed water. Dat is in sommige Europese landen wel anders."
Nederland
In het Noord-Brabantse Volkel was het het koudst met een temperatuur van -7,2 graden aan de grond. Vrijwel overal in het land vroor het aan de grond, behalve in Vlissingen en Lauwersoog, meldde weeronline.nl woensdag. Ook wat hoger, op 1,5 meter, vroor het licht. Op die hoogte was het het koudste in Deelen (Gelderland) met -2,9 graden. Volgens de weersite moesten heel wat mensen hun autoruiten krabben woensdagochtend
Helikopter in België
Een fruitbedrijf uit het Belgische Lubbeek zette dit jaar voor het eerst een helikopter in om hun bloesems (appelen en peren) te redden van de vorst deze ochtend. Door over het veld te vliegen, mengde de helikopter de warme (bovenste) luchtlagen met de koude (onderste), en zo konden ze het toch een graad warmer maken. Pas morgen weten ze of het iets uitgehaald heeft (dan kunnen ze pas zien of de planten al dan niet kapot gegaan zijn), maar ze hebben er wel goede hoop op.
Fruittelers investeren om oogst te beschermen tegen hagelschade
Een hagelkanon is een apparaat waarmee geprobeerd wordt hagelvorming in buien tegen te gaan. Verschillende werkingsmechanismen doen de ronde. Door met tussenpozen van enkele seconden schokgolven de wolken in te sturen zou ofwel de groei van de hagelstenen worden verstoord, ofwel de opbouw van de hagelwolk. Ze worden vooral ingezet door fruittelers en wijnbouwers, in onder meer België, Frankrijk, Nederland, Oostenrijk, Zwitserland en Spanje.
Het hagelkanon werd al rond 1896 ontwikkeld door de Oostenrijker Stiger. De effectiviteit van het hagelkanon is echter niet bewezen en er zijn redenen om aan te nemen dat het kanon ook níet kan werken. Zo worden bij bliksem, die vaak hagel vergezelt, veel sterkere schokgolven uitgezonden, terwijl dat geen effect lijkt te hebben op de grootte van hagel. Bovendien ontwikkelen de hagelcellen zich al kilometers eerder, ver buiten het bereik van het hagelkanon. Zodra zij boven het hagelkanon hun lading laten vallen, zijn geluidsgolven niet meer in staat dit valproces te verstoren. Wetenschappelijke studies die de werkzaamheid van het hagelkanon aantonen, ontbreken dan ook.
Hagelkanonnen produceren hetzelfde geluid als een (doffe) donderslag, maar met een gelijke regelmaat, wat door sommigen als vervelend en frustrerend wordt ervaren. In 2012 werden diverse kanonnen in Nederland door de Raad van State verboden, omdat ze niet aan de wettelijke normen geluidsoverlast konden voldoen. Ze produceren immers een geluid/schokgolf van 142 dB.
Vanwege steeds strengere regelgeving betreffende het plaatsen van hagelkanonnen en de twijfelachtige efficiëntie maken meer en meer fruittelers gebruik van hagelnetten. Tegenover wolkenbezaaiing en het hagelkanon, is het gebruik van hagelnetten geen aanvallende, maar een defensieve manier om hagelschade te voorkomen. Het vallen van hagel wordt aanvaard als een natuurlijk verschijnsel, maar het aanrichten van schade wordt wel voorkomen.
Hagelnetten zijn zoals hun naam dat al zegt, grote doorzichtige netten die door middel van stutpalen boven de fruitbomen worden gehangen en de vallende hagelstenen opvangen. Hagelnetten zijn dus ontworpen door en voor fruittelers die hun plantages willen beschermen.
Hagelnetten zijn overal bekend geworden als een effectief, maar helaas duur en drukbesproken middel om hagelschade te voorkomen. Vooral de invloed die de netten hebben op de groei van het fruit is voor vele fruittelers een struikelblok.
Boomgaardwerk per maand (Hoogstamboomgaard)
November
- Ontwatering nazien, dus drainage controleren en/of greppels open maken.
- Nog voor de vruchtbomen hun blad verliezen lijmbanden om de stammen aanbrengen om de insecten, bij hun gang om in de grond te overwinteren, te vangen.
- Telkens na storm of harde wind boomgaard controleren op scheefgewaaide bomen. Deze zo spoedig mogelijk weer recht zetten, grond aanvullen en vasttrappen + gebroken boompalen vervangen en opnieuw vastzetten met boomband.
- Snoeien inplannen- Rooien van slechte, zieke of omgewaaide bomen
- In overleg bomen kiezen voor nieuwe aanplant en bomen (laten) bestellen
- Na ontvangst van nieuwe bomen deze direct planten of onmiddellijk opkuilen tegen uitdroging. Vóór de winter beschermen met gaas tegen wildvraat.
- Ontwatering controleren (zie onder november)
- Na storm of harde wind boomgaard controleren (zie onder november).
- Rooien van slechte, zieke of omgewaaide bomen
- Nieuwe bomen inplanten (zie ook november)
- Beginnen met snoeien (met niet te strenge vorst) en kanker uitsnijden en insmeren met afdekpasta.
- Werkzaamheden zijn dezelfde als in december.
- Zelfde werkzaamheden als in voorgaande 2 maanden, +
- Na de vorst de boomgaard bemesten (zie aanwijzingen op het tabblad "Grondregels voor biologische productie"
- Als de temperatuur al wat oploopt kunt u bij droog weer een bespuiting met kalkzwavel uitvoeren.
- Snoeien afwerken, i.v.m. de knopontwikkeling eerst de peren, dan de appels
- Controleer nu ook alle bomen of de boombanden en boompalen nog goed zijn, vervang ze anders. Zorg dat uw boomgaard er als een plaatje bij staat
- Controleer ook of bv. mollen de ontwatering van de boomgaard niet verstoort hebben.
- Indien er in februari geen gelegenheid was om te bemesten of te bespuiten met kalkzwavel kunt u dit nu doen.
- Nu echt de laatste gelegenheid om het snoeien van appels af te maken, peren zijn natuurlijk al lang klaar.
- Bomen planten is alleen nog mogelijk met extra veel nazorg om verdroging te voorkomen. Ook bij de eerder geplante bomen kan het nuttig zijn om regelmatig wat water te geven om verdroging te voorkomen.
- Voor boomgaard bemesten is het eigenlijk te laat. De toegediende mest komt meer ten goede aan het gras aan de fruitboomwortels. Maar toch.... nog beter laat bemest, dan nooit gemest.
- Bijenkasten plaatsen in de boomgaarden ter bevordering van bestuiving tijdens de bloei.
- Rond de stam (boomspiegel) van jonge bomen in een straat van 30 cm. gras en onkruid weghouden vanwege voedselconcurrentie
- Let op: Chemische onkruidbestrijding op de bodem is nergens in de boomgaard toegestaan en ook erg slecht voor jonge bomen, dus houdt het onkruid eronder met uittrekken en afmaaien.
- Pas geplante bomen bij droog weer regelmatig water geven.
- Regelmatig alle opslag van de stammen van de fruitbomen afbreken.
- Fruitrassen welke erg veel last hebben van beurtjaren (b.v. Gieser Wildeman) bij zeer overdadige bloei, reeds aan het eind van de bloei wat uitdunnen, om ze zo uit die beurtjarencyclus te halen.
- Bij zeer warm weer de perenbomen controleren op perenvuur, bij optreden onmiddellijk aangetaste delen ruim uitzagen of knippen en verbranden.
- Begin van de maand: Vroege pruimen dunnen
- Rond de stam (boomspiegel) van jonge bomen in een straat van 30 cm. gras en onkruid weghouden vanwege voedselconcurrentie
- Bij zeer warm weer de perenbomen controleren op perenvuur, bij optreden onmiddellijk aangetaste delen ruim uitzagen of knippen en verbranden
- Let op: Chemische onkruidbestrijding op de bodem is nergens in de boomgaard toegestaan en ook erg slecht voor jonge bomen, dus houdt het onkruid eronder met uittrekken en afmaaien.
- Pas geplante bomen bij droog weer regelmatig water geven.
- Regelmatig alle opslag van de stammen van de fruitbomen afbreken.
- Bij zeer warm weer de perenbomen controleren op perenvuur, bij optreden onmiddellijk aangetaste delen ruim uitzagen of knippen en verbranden
- Bij oudere bomen de ongewenste lotvorming op de ruggen van de takken eraf scheuren.
- Late pruimen dunnen nadat junirui is gestopt: Appels en peren controleren en waar nodig vruchtdunning toepassen.
- Bij oudere bomen de ongewenste lotvorming op de ruggen van de takken eraf scheuren.
- Jonge bomen verzorgen zoals in juni aangegeven.
- Bij zeer warm weer de perenbomen controleren op perenvuur, bij optreden onmiddellijk aangetaste delen ruim uitzagen of knippen en verbranden
- Alvast plukmateriaal, kisten en indien nodig pallets regelen
- Ladders controleren op deugdelijkheid, indien nodig vervangen.
- Alvast afspraken maken voor organisatie van pluk en afvoer van het fruit in eigen beheer
- Zorgen voor de oude en jonge fruitbomen: als in juli
- In overleg zomerfruit oogsten en binnen 2 dagen volgens de regels op de aangegeven tijden afleveren bij de koelcel.
- Afspraken rond pluk en afvoer van fruit in september en oktober nog even doornemen met betrokkenen.
- Bepalen aan de hand van de verstrekte plukdatalijst, wanneer de vermoedelijke plukdata vallen. Let wel: Deze lijst geeft slechts een indicatie. U dient echter zelf vooraf te controleren of de pitten al bruin beginnen te kleuren en of de maat al voldoende is... Het fruit echter nooit overrijp laten worden, want dan is het ongeschikt voor verwerking en zal het worden afgekeurd. Ook aangepikt en (beginnend) rot fruit wordt om dezelfde reden afgekeurd en geweigerd.
- Geplukt fruit binnen 2 dagen gesorteerd en van kistkaart en aanvoerbon voorzien afleveren op de afgesproken tijden bij de koelcel, aangezien anders de kwaliteit teveel terugloopt
- Pruimen en kersen na de pluk snoeien.
- Behandeling te plukken en aan te voeren rassen van het late fruit: als in september
- Nog voor de vruchtbomen hun blad verliezen lijmbanden om de stammen aanbrengen om de insecten, bij hun gang om in de grond te overwinteren, te vangen.
- Loop de boomgaard eens door op bomen die vervangen moeten worden en geef die alvast een merkteken, zodat er in november vlot gerooid kan worden en nieuwe aangeplant.
- Telkens na storm of harde wind boomgaard controleren op scheefgewaaide bomen. Deze zo spoedig mogelijk weer recht zetten, grond aanvullen en vasttrappen + gebroken boompalen vervangen en opnieuw vastzetten met boomband.
Toeristische dienst
VVV Toerisme Herk-de-Stad vzw
Pikkeleerstraat 14, 3540 Herk-de-Stad
tel. 013 55 38 11 - [email protected]
VVV Toerisme Herk-de-Stad vzw
Pikkeleerstraat 14, 3540 Herk-de-Stad
tel. 013 55 38 11 - [email protected]